De regelmatige kegels van de Euganische heuvels rijzen als een soort archipel op tegen de horizon van de Paduaanse-Venetiaanse vlakte. Ze bestaan uit een honderdtal heuvels die ondanks de hoogte van maximaal 601 meter (Monte Venda) lokaal bekendstaan als “bergen”.
Om dit unieke landschap te beschermen is in 1989 het Regionale Park van de Colli Euganei in het leven geroepen.
De Euganische heuvels zijn ontstaan tijdens twee verschillende vulkanische periodes. Vandaag de dag bestaat de grond aan de oppervlakte uit kegels van hard vulkanisch gesteente, terwijl de hoogvlakten van een brozer sedimentair kalkgesteente zijn.
Uit historische en archeologische getuigenissen van de Veneti is gebleken dat er, dankzij het gunstige klimaat, al in de ijzertijd wijnstokken in de Euganische heuvels groeiden. Later, in de Romeinse tijd, vermeldde “Il Marziale” de Euganische regio rond Elicaone, tegenwoordig Calaone, versierd met wijnranken (M. V. Martialis, Boek 10 ep.93).
Door de verwoesting die veroorzaakt werd door barbaarse invasies, raakte de wijnbouw in verval en verdween hij haast volledig. Pas in het feodale tijdperk, toen de vraag naar wijn weer toenam, zorgde Alberto, graaf van Baone, voor de opleving van de wijnbouw door de oude rijkdom van de heuvels te herstellen.
Een stukje geschiedenis Het jaar 1192
Het is wetenswaardig dat Alberto, weledelgeboren graaf van Baone, een welgestelde inwoner van Padua… een groot aantal jonge wijnstokken heeft gekocht, die op de berg van Baone zijn geplant en goed gedijen…niet alleen wijnranken, maar ook olijfbomen en andere vruchtdragende bomen groeiden in groten getale op deze bergen, die de stad verfijnde olie leverden en rijkelijk druiven en allerlei soorten fruit voortbrachten, die niet alleen voldoende waren voor Padua, maar waarvan ook een grote hoeveelheid naar Venetië werd gebracht [ Angelo Portenari – Della felicità di Padova 1623 ]
Het verhaal wordt vervolgd in recentere, doch alweer lang vervlogen tijden: we weten dat de druivensoorten “Bordolesi” en in het bijzonder de Cabernet reeds rond 1870 in de Euganische heuvels groeiden en om deze reden zijn we er trots op deze laatste druivensoort te cultiveren, die zich aan onze grond heeft aangepast alsof ze inheems is.
De graven Corinaldi bij Lispida
In de provincie van Padua wordt de Cabernet door meerdere eigenaren verbouwd, maar dit is beperkt tot de heuvels van de provincie. De graven Corinaldi verbouwden deze druivensoort meer dan dertig jaar, vanaf hun eerste aanplantingen op de Colli Euganei, in hun wijngaarden bij Lispida. In de experimentele wijngaard bij dit bedrijf was van alle wijnstokken met rode druiven het de Cabernet die de beste resultaten leverde, zo goed dat de productie voor het hout voor de nieuwe wijnstokken, die nog altijd op Amerikaanse wortels voortgroeiden, zich vermenigvuldigde… Op de Euganische heuvels schiet de Cabernet makkelijk wortel en zijn productie is snel en regelmatig…De prijs van de Cabernet-druif overtreft die van de lokale druivensoorten, ook de beste, met ongeveer een derde. [Salvatore Mondini – Vitigni stranieri da vino coltivati in Italia 1903]
Tegenwoordig
Tegenwoordig worden bij de wijnbedrijven innovatieve en onderzochte gistingsmethoden gebruikt. De onmiskenbare en intense Bordolesi dei Colli Euganei, bijzonder goede en zeer aangename wijnen uit gebieden die helaas, of eigenlijk gelukkig nog een goedbewaard geheim blijven, blijken van een uitstekende kwaliteit en originaliteit.
Proeven is geloven!